Monday, January 20, 2020

Aflevering 12

Hieronder mijn eigenste juweel van Acacia, recht uit de "oude doos". Het is nog altijd bevestigd aan een plakje karton dat ik zo in het borstzakje van de smoking kan schuiven, zonder telkens met de speld te moeten worstelen. Een handigheidje, dat ik later nog verfijnd heb door aan weerszijden van het karton een medaille te bevestigen.


Acacia had weinig binnenlandse sympathisanten, en ik herinner mij niet veel gemeenschappelijke zittingen met bevriende loges. Maar twee van de broeders hadden beroepsmatige contacten in Duitsland, en zo komt het dat wij een Duitse loge konden ontvangen, en dat wij twee Duitse loges bezocht hebben.

Een uitwisseling heen-en-weer gebeurde met de loge Zur Einigkeit van Frankfurt. Een delegatie van die loge kwam bij Acacia op bezoek, onze Achtbare Meester pakte met zijn perfect Duits uit, en aan tafel mepten de Duitse bezoekers hun wijnglazen in gruzelementen. Zij brachten namelijk een heildronk uit volgens de regels van de kunst, en dat was iets wat Acacia nu eens niét de gewoonte had te doen. Wij hadden dus niet de speciale vrijmetselaarsglazen die men op tafel kan neerploffen, en de nietsvermoedende bezoekers deden de maneuvers met gewone wijnglazen die daar niet tegen bestand waren. Later heeft Acacia wel degelijk gegraveerde glazen laten vervaardigen van het type dat men metselaartjes of kanonnen noemt. Ik kan mij niet herinneren of ze aan tafel ook echt ritueel gebruikt werden. (Later, in Euclides, wel.)


Het tegenbezoek aan Frankfurt gebeurde per trein. In het logegebouw vond ik het vreemd dat ieder van ons, arm in arm met een lokale broeder, de trap naar de tempel omhoog stampte. De officieren van de loge droegen een hoge hoed, die ze van het hoofd tilden telkens als de Opperbouwmeester genoemd werd. Een even mooi als zinvol gebruik.

Een tweede Duitse uitstap bracht ons in Augusta zum goldenen Zirkel in Göttingen, dit keer met individuele auto's. Aan tafel zat ik naast een Duitse broeder die tot zijn verrassing van mij moest vernemen dat Acacia geen reguliere loge was. Bleek dat hij dacht te doen te hebben met de gelijknamige loge van de regulieren in Kortrijk! Ik weet niet of het misverstand ook bij de anderen bestond en, zo ja, is blijven bestaan. Misschien deed men gewoon alsof men het niet wist. Een van onze broeders was ooit in het buitenland op bezoek gegaan bij een reguliere loge en toen de broeder dekker —uiteraard vruchteloos—de naam van de (irreguliere) loge in zijn regulier boekje gezocht had, klapte hij zijn boekje dicht met de woorden: "allicht niet meer up-to-date". Ook mooi toch!

Acacia vierde haar zevenjarig bestaan in 1990. Voor die gelegenheid had ik aan een broeder-musicus gesuggereerd een trio voor blazers te componeren met als motief de noten A-C-A-C'-A, waarbij C' dan voor de C stond in het hogere octaaf. Uiteindelijk heeft die broeder gekozen voor de noten A-C-A-si-A, met de twee systemen voor de benamingen dooreen gemengd. Het werd, in maçonnieke stijl, een trio voor klarinet, hobo en fagot van ongeveer een kwartier lang. Ik bezit de partituur waarop de componist heel duidelijk in verschillende kleuren de diverse thema's en hun betekenis heeft toegelicht. In de laatste maten (zie hieronder)  klinkt, voor iedereen herkenbaar, Happy birthday to you, maar het geheel is buitengewoon vernuftig in elkaar gezet, met citaten uit Mozart en geleidelijke overgang van het Franse maçonnieke ritme naar het Schotse. In het rood hieronder het A-C-A-si-A.


Het trio is in de zitting door beroepsmusici uitgevoerd; ik geloof dat hiermee de grote klasse van Acacia opnieuw is aangetoond. In Saint Jean d'Écosse had ik ook al eens een inwijding met live muziek bijgewoond: piano en klarinet. Ik zat toevallig vlak achter de klarinettist, en toen zijn rol uitgespeeld was keerde hij zich naar mij om en zei met een knipoog "La messe est finie!".





3 comments:

  1. k deed wat opzoekwerk in de bibliotheek van Ieper. Dit zou een examenvraag voor de cursus zedenleer kunnen zijn. Is dit waar of vals? Was dit een goede of kwade zaak? "Apostel verliet zijn Gentse werkplaats in de jaren tachtig van de vorige eeuw, omdat niemand binnen de vrijmetselarij publiekelijk tegen de installatie van Amerikaanse kernkoppen op Belgisch grondgebied wilde protesteren" (Bron: Jimmy Koppen, e.a., Vrijmetselarij voor Dummies, 2008, p.51). Wat kan het leven toch simpel zijn...  

    Het is vanuit logisch oogpunt bijna zo goed als zeker dat die bewering vals is, anders zou zelfs Leo Apostel tegen zijn geweest. Maar dat is wellicht een verwaarloosbaar detail. Er zal wel meer spelen dat we (nog) niet publiekelijk over die geschiedenis weten?Bij Ronald (Commers) vond ik wat extra uitleg, maar is ook deze wel toereikend;    https://books.google.be/books?id=YOg9DwAAQBAJ&pg=PA72&lpg=PA72&dq=werkplaats+leo+apostel&source=bl&ots=oSELrA4FpC&sig=ACfU3U1DQT_3ycoY5_Zexw6myZWqgGw8uA&hl=nl&sa=X&ved=2ahUKEwjN6vnej8bmAhWGi1wKHc6DBoMQ6AEwA3oECBQQAQ#v=onepage&q=werkplaats%20leo%20apostel&f=false   

    ReplyDelete
  2. Beste Br:., komt er nog een vervolg op deze memoires?

    ReplyDelete